Vijf jaar geleden was alles anders. We keken samen uit naar een heel erg welkom 5e kind, toen ik nog voor mijn 25e zwangerschapsweek in het ziekenhuis belandde vanwege complicaties door een voorliggende placenta.
De weken die volgden waren bang en donker. De schrik voor ‘wat als’ … was reëel. Maar toch … het net sloot zich. Manlief vond snel een nieuw ritme. Grote broer en grote zus raakten elke dag vlot op school, de tweeling ging gewoon verder naar de crèche en bleef op weekdagavonden bij oma en opa slapen.
Ondertussen hield ik me op mijn ziekenhuisbed zo gedeisd mogelijk. Ik las meer boeken dan ooit en warmde me aan de gesprekken met goede vrienden die tijd wilden maken om me te bezoeken.
Net na de 36e week was ze er, ons jongste broedje.

Grote broer meets kleine zus.
(Onze 4 oudste rakkers op de foto bij het geboortekaartje. fotocredits: @saidahollevoet)
De dagen
Ondertussen verglijden de dagen veel en veel te snel.
Ook als moeder van 5 kinderen hervond ik snel een nieuwe ritme. Mijn lijf wilde mee en ik kreeg de 3 maanden bedrust vrij snel uit mijn systeem. Ik bleef thuis om voor mijn gezin te zorgen tot de jongste 9 maanden oud was en nam daarna mijn onderwijsjob terug op. Na een schoolwissel en een benoeming belandde ik in de school waar ik thuishoor.
Ook daar hervond ik mijn ritme.
Vandaag is ze bijna 5, mijn jongste broedje. De cadans van de dagen bepaalt mijn leven, de cadans van hun dagen en die van mijn dagen. Het evenwicht is er vaak/ geregeld / soms / af en toe / bijna nooit. Mijn antwoord hangt af van het moment waarop je ’t me vraagt.
Perfectie op ale vlakken is niet de beste optie. Zo ver ben ik al.
Tijd voor een vriendelijk woord, een briefje, een babbel … het gaat al te vaak verloren als de cadans van de dagen verandert in het gedender van een trein of het gegier van een vliegtuigmotor.
Terwijl het net die tijd van anderen was die me toen, tijdens die bange dagen op de been hield.
Vandaag is ‘tijd’ en vooral het gebrek eraan te vaak een issue. Het resulteert in vermoeidheid en het gevoel minder bestand te zijn tegen de herrie van elke dag en vooral in constant het gevoel hebben dat er nooit rust is.
‘It’s not about what you did, it’s about what you do’. Dat schreef een van mijn leerlingen onlangs op een blad papier. Ik neem het mee in ‘mijn dagen’.