Het brandend vuurtje

‘Ik zal mij in de keuken leggen’, zei grote broer. En hij gooide een stoel om, drapeerde een tv-deken over het wasrek en ging op de koude vloer liggen. ‘Dan kan ik me hier vervelen.’ Zie hier ‘une tranche de vie’ uit een verlengde herfstvakantie met 5 lagereschoolkinderen.

Zijn zussen keken hun grote broer en mij oogrollend aan en gingen verder met kleuren. Kleine broer stelde voor om te stofzuigen. Dat doet hij de laatste tijd geregeld, daarna vraagt hij telkens heel nadrukkelijk of hij het goed heeft gedaan. Soms krijgt hij een snoepje (mom fail).

Wat doen wij om de verveling die het felst toeslaat bij de jongens van 11 en 8 te snel af te zijn?

Wat doen wij om de dagen kleur te geven? Ook nu, nu het kroostje opnieuw naar school kan. En straks, tijdens de kerstvakantie. Nu we wellicht nog even op ons kleine kringetje aangewezen blijven.

Een paar tips:

Structuur aanbieden (en al eens iets aan Enzo knol overlaten)

Ook op weekend- en vakantiedagen sta ik ’s mogens vroeg op en werk tot een afgesproken uur voor school. Tot die tijd mag er beneden op schermen gegaapt worden (weliswaar zonder roepen en tieren en zonder dat ik uit mijn bureau moet komen om de gemoederen te bedaren). Daarna is het tijd voor een school-/huiswerkmomentje vooor de kroost. Niet elke dag. Het is geen schooldag, niet waar?

Manlief maakt – als hij zelf niet moet werken – van de gelegenheid gebruik om (digitaal) wat bijj te lezen en houdt een oogje in het zeil beneden.

De bosproever

We gaan af en toe naar een bos in de buurt en ook al eens naar random bosjes en wandelgelegenheden verder in West-Vlaanderen. Of naar het strand. Opnieuw, enkel als manlief thuis is. Waar ik er anders geen punt van maak om alleen met de kinderen de hort op te gaan, voelt dit nu niet comfortabel aan.

De nadruk ligt in deze tijden sowieso op in en rond het huis blijven. Gasten, ik run geen entertainmentbureau, hé.

Wat dacht je van buiten eten?

’s Avonds als het donker is. Bij een vuurtje. In de kippenren.

Zorg voor gemakkelijk eten. Ik ging vorige week voor huisgemaakte lasagne. Aan één opscheplepel, een ovenschaal, 7 vorken en 7 borden heb je genoeg. Eten mag al eens met alleen maar een vork en drinken doen we binnen. Scheelt een aantal ritjes kippenren – vaatwasmachine.

De kinderen vonden het zalig. We probeerden ook zelf popcorn te maken, wat grandioos misluke, maar dat kon de pret niet bederven. En ja, de jassen van de kinderen stonken (voor zij die een jas aan hadden). Bij de rest stonken enkel het haar en de rest van de kleren. En daarna stonken de lakens ook. Want nee, het kwam er niet meer van om iedereen nog onder de douche te pleuren.

Evergreens in een avontuurlijk jasje

Zo is het nieuwe stukje asfalt op een van de drie straten die ons dorp rijk is, een excellente ondergrond om pirouettes te draaien op je skeelers. Een wandelingetje die kant uit geldt hier als een uitstapje. (Great kids, I know)

Als moeder gaat joggen en rechtdoor loopt aan de brug over de vaart mag de meefietsende kroost links afslaan een stukje alleen fietsen of rolschaatsfietsen. Ik zie met snaakjes anderhalve kilometer verderop onder ‘de tunnel’ terug. (Een doorsteekje voor de bewoners van het ene huis langs de vaart en voor de vissers.)

Keukentafelliteratuur

Overdag zijn er eigenlijk best wel wat rustige momenten waarbij alle kinderen zo in hun spel zijn verdiept dat ze vergeten om honger te hebben, zich te verveeeelen of ruzie te maken.

Dan durf ik al eens een half uur of soms zelfs een volledig uur te stelen om lekker verder te lezen in een goed boek. Of dan neem ik de kranten en tijdschriften door op zoek naar goede artikels, columns, grafieken (Whatever, al wat ik kan gebruiken als inspiratiebron voor de lessen Nederlands voor mijn leerlingen. Ik hou het ook voor hen graag vernieuwend en actueel.)

Een gouden regel hier, haal er geen computer bij. Want dan zijn de kinderen binnen de korste keren hun speelfocus kwijt.

Het gepimpte wasmiddeltonnetje

Het mag al eens wat anders zijjn dan een A4’tje met een zonnetje en een regenboogje erop.

Wij maakten een heel leuk speelgoedemmertje van een gepimpt wasmiddeltonnetje.

Hoe doe je dat?

  • benodigdheden: (retro) wasmiddeltonnnetje – oude kranten – knutsellijn – geprinte foto’s – zwarte alcoholstift – zwarte verf
  • Beplak het tonnetje met krantensnippers.
  • Laat drogen.
  • Verf in het zwart.
  • Laat drogen.
  • Vang je kinders, huisdieren en teerbeminde wederhelft.
  • Zet ze in zijaanzicht tegen een witte achtergrond.
  • Koop een kind om ook van jou zo’n foto te nemen.
  • Druk de foto’s af op A4.
  • Knip uit.
  • Duid met een zwarte alcoholstift de ogen, mond, neus en de haarlijn van elk creatuur aan op de fotokant.
  • Draai om naar de witte kant en werk daar nog een aantal retouches af.
  • Plak de afgewerkte foto op het geverfde tonnetje.

Een voorzet geven

‘Piep’, kind wil iets. ‘Tuut’, moeder en vader staan klaar om het gewenste aan te bieden.

Ik dacht het niet. Toch merk ik dat het werkt als je af en toe wel gaat faciliteren en dat het soms wat aansporing en bemoediging vereist om een fijne, harmonieuze speelnamiddag uit de startblokkken te krijgen.

Het kleinste sprotje wil haar letters oefenen. ‘Laten we een lettermemory maken met letters uit de ‘Flow’ suggereren de zussen. Zet de plastificeermachine maar al klaar, moeder (allrighty).

Mogen we vanmiddag iets lekkers als viertuurtje? Zet het wafelijzer maar klaar jongens. Ik maak een portie deeg, jullie verdelen het in 14 bolletjes, voegen suikerpareltjes toe en bakken de wafels.

En als dat allemaal goed lukt krijg je er zelfs nog slagroom bij.

En morgen spelen we van restaurantje, maar eerst wil mama nog een beetje werken.

Jouw plan, jouw hartslag

Ooit reed ik naar de winkel om één pak pampers maatje 2 en om een pyjamaatje met lange mouwtjes dat niet te warm en niet te koud was en om een paar reserveschoenen (haha) voor grote broer. En dat in 3 afzonderlijke ritjes, elk op een andere dag.

Het kind dat een leven lang in mijn hart gewoond had en dat er niet zonder slag of stoot gekomen was, was er eindelijk en zijn hartslag was de mijne, punt uit. Denken aan morgen, het mentale morgen dan, was niet aan de orde.

Da’s goed en da’s prima, maar voor de dagen na de gelukzalige wolk waarop ik het 4 kraamperiodes lang heerlijk vertoeven vond, heb je een plan nodig. Een plan dat bij jou en bij jouw hartslag past.

Vandaag verspillen we bitter weinig energie aan overbodig gewas en geplas – niet aan wassen en plassen an sich, want hier is nog steeds een gigantische hoeveelheid spullen in omloop – en komt hier geen gerief in huis dat niet meteen intensief gedragen wordt door de kinderen. Ze krijgen pas een nieuwe broek als de vorige versleten is of hopeloos te klein. Wat we niet meer nodig hebben gaat naar de kleintjes van mijn zus, naar andere mensen die het kunnen gebruiken, naar de kringwinkel of richting voddenmand.

Waarom? Omdat ik vrij vroeg in het moederschap doorhad dat een dag maar 24 uur heeft, dat ik er daarvan best een zestal reserveer voor slapen en dat ik tijd nodig heb om mijn job als leerkracht naar beste vermorgen uit te voeren en om een aangename partner, vriendin, zus en dochter te zijn.

En omdat ik mijn huis niet vol wil gooien met rommel, en vooral omdat ik mijn kinderen diets wil maken dat spullen ook maar spullen zijn. Een nachtje logeren in plaats van een cadeauprulletje als verjaardagscadeau. Da’s toch stukken toffer? (Nu nog hopen dat corona dat op een dag weer praktisch uitvoerbaar maakt.)

Ook de sint en de cadeautjes spuwende kerstboom bij de grootouders werden gecoacht.

‘Alles spic en span dan?’ Hoor ik je denken? Helaas. Hier wordt geknipt, geschilderd, hier worden duploblokken in het rond gegooid, hier worden pomponnetjes gemaakt waardoor het hele huis vol draadjes wol ligt, hier loopt een energiek hondje rond dat af en toe ‘ns een verdwaald knuffelbeest attaqueert en de vulling in 1000 plukken verspreid de living rondsmijt.

Hier wonen 5 kinderen die van sporten en buitenspelen houden en waarvan er 3 nog steeds sandalen en korte broek dragen als de rest van het land al lang vindt dat het daarvoor te koud is geworden. ( ‘Minder wassen’, Hoera! Minder lange broeken, da’s waar, maar des te meer washandjes, lakens en handdoeken en tenen en knieën waar permanent een grijzige schijn over hangt.)

Wij zoeken ondertussen verder naar manieren om ons huis zo overzichtelijk mogelijk te houden en naar gerief dat tegen een stootje kan. De fruitdoosjes van Sustainable Family en de boekentassen van Jeune Premier bijvoorbeeld.

Het kroostje gedijt erop. Straks werken ze verder aan hun bunker in de tuin. Benodigdheden: een moeder die hen laat doen, een paar laarzen en een schop van de rommelmarkt, twee paletten en een lap plastic.

En straks hopelijk weer naar school.